Denk aan het milieu. Denk na voor je print!Denk aan het milieu. Denk na voor je print!

4-2-2003

Ijsklimmen in Ober Engadin

Jo

Omdat de Alpen verder strekken dan van de Ecrins over het obligate Chamonix tot de verzamelplaats voor vierduizenders die Wallis is, hebben we ons oog bij het zoeken naar een winterbestemming even laten afwijken en laten vallen op de Rätische Alpen, oftewel Ober-Engadin in het Zwitserse kanton Graubünden. Voor wie dit allemaal nog niks zegt: menige tiener is ooit wel op vakantiekamp geweest in Maloya, en menige bontjas waart ?s winters wel eens rond in Sankt-Moritz.
En wat blijkt uit de ijsklimtopo Eiskalt 1, Wasserfallklettern in der Schweiz? Verschillende spots in de omgeving, voldoende om een weekje ijsplezier te vullen.
Omdat je in de streek van Sankt-Moritz, the Top of the World, voor een nachtje hotel ongeveer de prijs van een week vakantie betaalt, en voor een nachtje jeugdherberg de prijs van een nachtje hotel, hebben we net zoals vorig jaar geopteerd om met de tent te gaan. Dat ging voor de prijs van een jeugdherberg, al hebben we wel wat moeten zoeken naar een camping die putje winter open is. Winterkamperen op bijna 1800 meter blijkt niet zo veel gedaan te worden.
Ons tentenkamp in de sneeuw trok dan ook genoeg aandacht van de overige (mobilhome) gasten op camping Punt Muragl in Samedan. Ook onze gore-tex uitrusting - of waren het onze sneeuwraketten? - bleek in Sankt-Moritz een ongewild hoog m?as-tu-vu gehalte te hebben, tot grote spijt van de alomaanwezige bontjasmadammen.
Om lekker watervalijs te krijgen heb je eerst een goed laagje sneeuw nodig, vervolgens koud en zonnig weer. De zon doet wat sneeuw smelten, en langzaamaan bevriest het smeltwater dan om onze geliefde klimstructuren te vormen.
Sneeuw was er reeds genoeg gevallen de dagen voor ons vertrek, maar de temperaturen op www.MySwitserland.com waren te hoog om rustig te slapen. En ook de vooruitzichten op www.meteoschweiz.ch leken niet echt gunstig.

Pontresina

Toch hebben we op onze zoektocht naar ijs de eerste dag reeds succes: het ijs op de Pontresina watervallen is dun, maar beklimbaar. Wij kiezen voor Kerze, III 5- volgens de topo. Ons oog ontwaart minstens twee beklimbare lijnen, en Geert en ik klimmen elk een lijn voor, waarna de anderen beide routes kunnen naklimmen. Op de minder steile stukken moeten we vaak een pak sneeuw weggraven om grip te hebben voor onze doornen, en op de steilere stukken gaan niet alle ijsvijzen volledig in het ijs, maar de temperatuur die dag is met ongeveer min vijf ideaal en we slagen er in om niet te veel ijs los te kappen.
Veel meer dan rotsklimtopo?s moet je ijsklimtopo?s met een korreltje zout nemen. Afhankelijk van de staat van vorming kan de werkelijkheid wel eens afwijken van het boekje. Soms houdt men hier rekening mee en vind je in de topo zelfs verschillende routenamen naargelang de hoeveelheid ijs.

Silvaplana

Voor de tweede dag besluiten we de kloof achter Silvaplana op te zoeken. Een smalle schlucht waar niet veel zon in komt, dat is bijna een garantie. De rivier op de bodem van de kloof, die nog niet echt dichtgevroren is, zorgt er echter voor dat we niet alles kunnen gaan inspecteren. Gelukkig geraken we nog tot aan de eerste in de topo vermelde waterval: de Zweiseillängenfall, II+ 4+. De eerste lengte ziet er relax uit, en ik overhaal Werner om ze voor te klimmen. Van op de eerste relais inspecteer ik de tweede lengte, en ik krijg goesting: een aanloopje op prachtige bloemkolen, gevolgd door een delicaat, loodrecht stuk.
Hoe dun het rechte stuk wel is, merk ik pas als ik aan het klimmen ben. Op bepaalde plaatsen is het laagje ijs bovenop de waterval met moeite dik genoeg om mijn gewicht te dragen. Als ik vlak onder het delicaatste stuk op relatief korte afstand twee ijsvijzen plaats, vraagt Werner of ik op die manier wel toe zal komen tot boven. Het zijn echter mijn laatste deftige zekeringspunten voor meer dan tien meters. Een moment vraag ik me af waar ik nu weer ingekropen ben, maar lichaam en geest zijn gestimuleerd, weliswaar zonder vleugels, maar mét ijsbijlen. Enkele morele ijsvijzen later ben ik aan de uitklim, en na wat treetoolen tussen de struiken kan ik een comfortabele relais maken en de rest laten nakomen.

Top of the World

Afwisseling mag er zijn! En een dagje sneeuwraketten zien we wel zitten. Met de lift een flink stuk omhoog, en dan verder naar een topje ? de wereldberoemde Piz Padella ? en terug naar beneden, lijkt ons een haalbare kaart. Dat is echter buiten de ticketverkoopster gerekend: zonder gids of een reservatie voor een berghut geen ticket als niet skiër! Mijn vertrouwen in de Zwitserse berggidsen is nu wel helemaal naar de filistijnen.
Maar geen probleem, dan vertrekken we gewoon te voet beneden. Ongeveer voor de ogen van de vast beraden ticketverkoopster binden we onze rackets aan en steken we naar boven. Als we na een tijd bij een pad komen, vergt het even iets beter op de kaart kijken dan anders om te zien waar we juist zijn en hoe we verder moeten.
We klimmen tot de zendmast van Sankt-Moritz en dalen van daar af naar The Top of the World, zoals het in de foldertjes staat. Na een wedstrijdje bontjastellen, waar we algauw de tel kwijtraakten, lopen we achter het meer om terug richting Muragl, waar we juist gelijk met het donker aankomen, klaar voor mijn meest originele en witte kerst totnogtoe: kaasfondue en gluhwein  in open lucht.
Kerstdag zelf gaan Ive en Werner de plaatselijke skipistes verkennen, terwijl Ank, Kristien, Geert en ik hetzelfde gaan doen met de langlaufloipe. Deze sport schijnt hier in deze vlakkere dalen behoorlijk populair te zijn. Het materiaal dat we huren is zo goed als nieuw, en de route die we volgen is schitterend.

Val Lagrev

Van de watervallen van Val Lagrev, boven op de Julierpass, is de topo op Internet te vinden (www.eisklettern.ch). Na een lange aanloop blijken ze echter nauwelijks gevormd te zijn, en ziet vooral de uitklim er gevaarlijk uit wegens lawinegevaar. De mixed routes ? tot M9 ? waren net iets te heftig voor ons, al lijkt het ons wel een leuk projectje.
Ook de volgende dag lijken we eerst weinig geluk te hebben; na een spannende rit naar Casàccia, vinden we ook hier weer nauwelijks gevormde ijswatervallen, zodat we uiteindelijk weer in de Vallunschlucht bij Silvaplana terecht komen, waar we ons van ons eerste bezoek nog een paar kleinere watervalletjes herinnerden die niet in de topo staan, maar ons wel kunnen boeien in geval van nood. De twee Duitse ijsklimmers die we er tegen komen, weten ons te vertellen dat de tweede touwlengte van de Zweiseillängenfall te heikel geworden is, en te nat. De temperatuur is immers al enkele dagen positief, en het weinige ijs dat er al was, is volop aan het smelten. Even later komen we ze terug tegen op de camping, en zijn we niet meer de enigen die de winter trotseren in een tentje.
Niet voor lang echter, want nog steeds te warme temperaturen en zware sneeuwval doen onze Duitse vrienden hun tentje opbreken om in het nabijgelegen Davos hun geluk nog eens te gaan beproeven, en ons om een dag vroeger dan gepland naar huis te rijden.

Jo