27-6-2012

Scandinavië

Longtrip-bestemming

Met Frankrijk en Spanje als klassieke bestemmingen, maar ook Kalymnos in Griekenland en Geyik Bayiri in Turkije als nieuwere reisdoelen lijkt het wel alsof je voor een sportklimvakantie de steven overduidelijk naar het Zuiden moet richten. Ook de Alpen bijvoorbeeld liggen zuidelijk van ons maar toch mag het Noorden niet vergeten worden. Het lijkt een minder logische keuze, maar als je wil profiteren van extreem lange zomerdagen dan kan je in Scandinavië uitermate veel plezier gaan beleven.

Denemarken

Denemarken moet je niet onmiddellijk op je lijstje plaatsen want rotsen zijn er niet te vinden. Wel kan je in Kopenhagen naar de zeemeermin gaan kijken als tussenstop na 900 km, vanuit Brussel gerekend. Dat lijkt geen overdreven afstand voor één dag maar de ferry van het Duitse Puttgarden naar Rødby in Denemarken kan je reistijd stevig verlengen. De volgende dag brengt de 16km lange tunnel en brug, de Øresundsbron je naar het Zweedse Malmö. Daarmee kom je in een land met wel wat klimmogelijkheden.

Zweden

• In het zuidelijkste puntje van Zweden, bij Kristianstad, vind je Kjugekull, een naam die de meeste boulderaars zeker bekend in de oren klinkt. Met de 8B, Paradigm Shift en verschillende 8e-graadsboulders heeft dit meer dan 1000 problemen tellende bouldergebied wereldpotentieel. Maar dit gebied lieten we links liggen, voor een volgend bezoek…
• Noordelijker vind je, langs de westkust bij Gøteborg, het eiland Hönö, deel van de Öckerö-eilandengroep. Te midden van het Ersdalen natuurreservaat liggen een 450-tal problemen verspreid over een vijftiental kleine sectoren en met niveau’s gaande van 3 tot 7A/+ met een zeldzame uitschieter tot 8A. Je kan er, zoals wij de eerste dag deden, zonder topo op zoek gaan naar de boulders, de oude papieren topo is immers niet langer verkrijgbaar. De lokale klimmer/fotograaf Martin Arvidson bezorgde ons de tweede dag een link naar een Zweedse website met een gedetailleerd overzicht van verschillende Zweedse gebieden. Wat kwotaties en duidelijke richtingen om te gaan zoeken maken het toch allemaal wat plezanter… Qua periode in het jaar valt er een piek aan beklimmingen op te merken in de maanden april, mei maar is van maart tot augustus boulderplezier gegarandeerd.

Dit zijn de twee belangrijkste boulderbestemmingen van Zweden. Er zijn er nog ettelijke andere, zeker als je naar Stockholm doortrekt, maar dat was voor ons, met Noorwegen als ultiem reisdoel, net iets te fel uit de richting. Als je Zweden op vlak van sportklimmen wilt ontdekken, heb je overigens ook best wel wat mogelijkheden maar vergeet niet vooraf goed na te kijken of het wel om sportklimmassieven gaat, want maar al te vaak kom je er niet zonder de nodige friends, klemblokken en ander ijzerwerk waar ikzelf geen kaas van gegeten heb… De streek rond Göteborg is alvast het meest ontwikkeld.

Noorwegen

Vervolgens trokken we in één trek doorheen Oslo en over het groots plateau gekend onder de naam Hardangervidda, richting Bergen, aan de andere kant van Noorwegen, op zoek naar de net voor de pittoreske havenstad gelegen Sotra-eilandengroep. Belangrijk om weten is dat je in Scandinavië afstanden nooit mag onderschatten. Vaak zijn de grote wegen slechts een rijvak in elke richting breed en zeer talrijk voorzien van tunnels. Het tragere vrachtverkeer en de overtochten per ferry dwingen je tot een toeristisch tempo dat toelaat de omgeving ten volle in je op te nemen. Onderweg kan je je laten verrassen door immense meren en fjorden, watervallen langs alle kanten, oude houten ‘stavkirke’ kerken, Hobitton-achtige huisjes, gletsjerpanaroma’s en nog zo veel meer.

Indien je gedurende dit traject een pauze wil inlassen dan loont het de moeite te weten dat je kan kiezen uit een viertal multipitch-routes in de buurt van Øvre Eidfjord. Informatie hierover kan je bekomen bij de baas van FlatEarth, een lokale wildwater- en bergsportorganisator.

De streek rond Bergen staat gekend als de natste van het land. Geruchten gaan dat het er 320 van de 365 dagen regent. De stad zelf viert jaarlijks in oktober het Regenfestival, met een regenjas- en parapluparade. Toch hadden we in juli 2011 geluk en konden we anderhalve (!!) dag rotsplezier beleven op de westelijk gelegen eilandengroep.

• Lokøy leek en bleek de ideale opwarmrots. 15 routes tot 15m en gaande van 5 tot 6c+  maken dat je er kalmpjes kan wennen aan de regletteuze stijl, eigen aan graniet. Absolute plus is dat je je, op slechts 5 minuten van de auto verwijderd, zo ver van de beschaving lijkt te bevinden dat je er volledig van ontspant.
• Het vlakbij gelegen Syltøy heeft dan de pech vlak aan de weg te liggen. Maar naast het water staan beveiligen heeft zijn charmes en compenseert de geluidsoverlast van de weinige passerende auto’s. Hier vormen 27 routes tot 30m en van 6b tot 8a en al steviger uitdaging. De 26m lange 6c/+ Tut og kjør en de zeer continue 7b Maskulinjen die slechts 20m telt zijn absolute aanraders!
• Furunkulose lijkt met zijn 18 routes tot 20m beperkt maar de ligging vlak boven het water en de geringe inclinatiehoek doet elke rechtgeaarde rotsklimmer saliveren. Niveau’s zijn gelijkwaardig aan deze op Syltøy. Een duik in het water is op een zomerse dag een aanrader maar dat hebben we maar van horen zeggen. Wij konden slechts één droogliggende route proberen en dan nog was het tussen de regenbuien door.
• Nog een twintigtal andere kleine gebieden (bv. Hjallaveggen) hebben het voordeel niet verder dan 15m van de parkeerplaats te liggen maar lijden allen even fel onder het heersende zeeklimaat als bovenstaande drie. Voor regendagen of als de nood aan volwaardige overhang te groot wordt in dit verticaal paradijs dan kan je steeds terecht in Loddefjord. Een grote overhang op amper 5 minuten van waar je je auto kan parkeren ligt tussen de bebouwing halverwege tussen Bergen en Sotra in. De 56 overhangende routes van 6a+ tot 8b met lengtes tot 30m maken dat je je hier, ongeacht de weerscondities, steeds kan amuseren.

Topo : Klatrefører for Bergen - boltede ruter (verkrijgbaar in Bergen in een buitensportwinkeltje achterin één van de straatjes bij Kong Oscars Gate vlakbij de vismarkt)
Online informatie : www.bergen-klatreklubb.no

Ontmoedigd door de vele regenachtige uren daglicht –  er is al opmerkelijk weinig nacht begin juli ter hoogte van Bergen – en aangemoedigd door hoopgevende weersverwachtingen in de Oslofjord keerden we al snel op onze stappen terug. Over de al even trage E16 en langs nog meer impressionante watervallen trokken we naar Oslo waar al lang op de to do list vertoevende klimmassieven eindelijk bezocht konden worden.

• Hellerud is het meest toegankelijke massief. Vanuit het centrum van Oslo kan je de metro nemen tot op een kwartier wandelafstand van dit in een park gelegen wandje van 25m hoog. Deze speeltuin voor de grote kinderen die klimmers zijn bestaat uit een merendeel aan routes rond de zevende graad in een overwegend crack-achtige stijl. Als je echt wil kan je ook in een echte speeltuin gaan klimmen. Het hoogteverschil dat je daar moet overbruggen bedraagt wel slechts 1,5m… als het al zoveel is. Opgelet vele van de makkelijkere routes zijn onvolledig geëquipeerd en veronderstellen extra materiaal om in spleten en barsten weg te steken… Wel kan er in alle routes een toprope gehangen worden.
  Aanraders: Horizontale cracks, kleine regletten en vet grote à plats in Heksejakta 7a of veel uitduwen en reglettesleuren pur sang in Pinslibeisen 6c+/7a
• Hauktjern vraagt een betere cardiovasculaire conditie. Een bergachtige boswandeling van 40 minuten laat de beschaving volledig achter en brengt je via paden waar lopers en mountainbikers dol op zijn tot een laatste steilere klim die je naar een dalmeertje brengt waarnaast wanden tot 30m hoog liggen te blinken. De wandeling loont zeker de moeite want een honderdvijftigtal routes geven je een grote keuze van stijl, niveau en engagement. Ook hier zijn vele van de makkelijkere routes onvolledig geëquipeerd en kan in zo goed als alle routes een toprope gehangen worden.
  Aanraders: de sublieme crackeus begin/reglette tussenstuk/dièdre uitklim-route Prosessen 7a+ en de ubercrack Sånn-ja 6c.
• Fetsund, Missingmyr en Løkenhavna zijn maar drie namen van andere gebieden die in en rond Oslo nog veel ontdekkingsmogelijkheden bieden. De muggen-waarschuwing moet je er in de zomer wel bijnemen… of niet, zoals wij noodgedwongen verkozen dankzij de teruggekeerde regenbuien.

Topo : Klatrefører for Oslo og omegn (Kolsas Klatreklubb)
Online informatie : http://27crags.com/countries/norway

Extra info:

• Interessante culturele stops zijn:
    * In Bergen – Oldbergen, Bryggen en de vismarkt (Tegen walvisvangst kan je zijn maar een centimeter groot slippertje gerookte walvis mag je toch eens proeven, niet?)
    * In Oslo – Folkemuseum (Noorwegen’s Bokrijk), Vikingmuseum (3 opgegraven vikingboten van imposante omvang, vol pracht en praal), het nieuwe operagebouw als zonnige trekpleister, Akerbrygge
    * Onderweg – Stavkirkje (Borgund of Nore liggen vlak langs de weg), de Voringfossen waterval
• Op de Sotra eilandengroep ligt een schitterende camping genaamd Skogtun terwijl je op het Zweedse eiland Hönö terecht kan bij Ulf en Mona voor een B&B met een echt goede laatste ’B’ en de mogelijkheid om legaal je tentje op te zetten, met Wifi en gratis sauna naast je bed.
• Scandinavië staat erom gekend duur te zijn, Noorwegen staat erom gekend het duurst van de verschillende landen te zijn en Oslo spant de kroon. Pintjes voor 9€ maken dat je een gezonde vakantie doormaakt, gelukkig lees noch versta ik Noors want voor een boek tel je er al snel 45€ neer, een large pizza laat je met zijn 30€ ook aan je neus voorbij gaan – auch – maar… Kiwi, Rimi en ICA zijn de goedkopere warenhuizen waar je nog steeds uitermate lekkere streekproducten kan vinden.
• Op de eerste twee tolhuizen bij het binnenrijden van Noorwegen na verloopt alle verdere tolheffing elektronisch en enkel voor de Noren zelf. Zij moeten met 4,5miljoen inwoners instaan voor een uitgebreid wegennet vol tunnels, bruggen en gratis veerdiensten. Je merkt het soms aan de staat van de weg maar ze doen enorme inspanningen. Het minste wat we kunnen doen is de overweldigende natuur die we via hun infrastructuur – redelijk – vlot kunnen bereiken dan ook ten volle te respecteren. Leave no trace!!

Tijl