Denk aan het milieu. Denk na voor je print!Denk aan het milieu. Denk na voor je print!

4-9-2011

De Mont Maudit via de Arête Kuffner

Alpiene klimmen in het Mont Blanc massief

Scham

Chamonix midden Juli. Jonas Vandermaesen en ik zitten in de bibler onderaan de Cosmiqueshut. We doorbladeren onze topos op zoek naar een mooie beklimming want voor de zoveelste keer moeten we onze plannen wijzigen…

Geen alternatief verder weg, Jonas en Nelson die een maand Alpen plannen, en mijn schrik om ook maar één interessante beklimming te missen doet me begin juni richting Chamonix reizen. Onze hoofdbezigheid de eerste 2 weken is instijgen en afdalen, tot klimmen komt het maar zelden! Om een of andere duistere reden wil het iedere keer we een beklimming starten beginnen regenen. We keren dan terug naar de tent wachten op de opklaring die voorspeld was om dan te constateren dat het te laat is om nog te vertrekken. Zeker met de kans op namiddagonweders.

In Chamonix gaan we wat sportklimmen, herpakken voor de zoveelste maal onze rugzak en brengen een bezoek bij het OHM. Eindelijk is het zover, ze geven 2 stabiele dagen, tijd om een langere beklimming aan te vatten. We nemen de laatste lift naar Aiguille du Midi en dalen de graat af. We wandelen over de Vallée Blache op zoek naar een goede put voor onze tent. Nog voor onze tent recht staat verdwijnt de zon en begint het hevig te sneeuwen. Als het een uur later terug opklaart wordt het direct duidelijk, de pijler die we planden zal nog een dag zon nodig hebben om de verse sneeuw te doen smelten, op zoek naar een alternatief!

Om half 2 ‘s nachts gaat de wekker, met temperaturen maar juist onder het vriespunt is het best aangenaam ontwaken en gaat het smelten van sneeuw bijzonder snel. Om 2 uur ’s nachts, vertrekken de eerste cordeés richting Mont Blanc. Wellicht komen we ze later terug tegen maar eerst gaan we de andere kant op! Via een goed spoor dalen we af en gaan onder Pointe Lachenal, Mont Blanc du Tacul door richting de Kuffnergraat op Mont Maudit. De aanloop gaat vlot en na enig navigeerwerk onder de Petit Capucin komt de Kuffner in zicht. Hoewel helemaal alleen op de gletsjer zullen we dat niet zijn op de graat. Aan het begin van de graat licht het Fourche bivac, terwijl wij het toegangscouloir opkruipen zien we boven ons de eerste lichtjes uit het bivac vertrekken. Tegen 5 uur ’s morgens nemen we onze eerste pauze en maken we ons klaar voor de eigenlijke klim.
 

 
De route wijst zichzelf uit, we volgen de gemakkelijkste sneeuw/ijslijn tussen de rotsen door en komen in de buurt van de eerste cordée. Deze 2 Italianen nemen hun tijd, en twijfelen veel over hun gekozen route. Niet dat we de weg hier kennen maar nu dat er genoeg licht is steken we een tandje bij en gaan we ze voor. Gelukkig zijn we snel genoeg, en verliezen we ze stilaan uit het oog. Her en der hangen nog wolkenflarden, die samen met de ijslijnen van Pillier d’Angle en Aiguille Blanche de Peuterey, door de opkomende zon oranje kleuren. Het klimmen is zelden moeilijk waardoor we veel tijd aan beeld en film kunnen besteden.

Na een traverse over een sneeuwcorniche die ik al vele malen op foto had gezien komen we aan Pointe de l’Androsace, een bekende rotstoren die we langs links traverseren, en hoewel het best makkelijk klimmen is wordt dit de crux van de route genoemd. Via een sneeuwcouloir klimmen we terug richting de graat. De zon staat nu al hoger aan de hemel en hier op de graat wordt het dan ook aangenaam warm, na een snelle eetstop zien we de 2 Italianen terug verschijnen. Jonas de volgende blok over. Via een kleine goulotte en enkele aangename klimpassages winnen we snel aan hoogte. We komen op het zadel van de Maudit en krijgen zicht op de trein klimmers die via les Trois Monts Blancs naar Europa ‘s hoogste slentert. Maar ook wij beginnen het effect van de hoogte te voelen. Ons plan om na de Maudit nog verder door te gaan laten we al varen, zelfs de laatste 20 meter naar de echte punt van de Maudit doe ik op die moment met tegenzin. Het is 9 uur in de morgen als we boven (4465 m) zijn, we zijn best tevreden met het tempo, doen een korte pauze en beginnen aan de afdaling. De 2 weken voorheen zijn we maximaal op 3500m geraakt dus de koppijn slaat stilaan toe. Na een 2 uur durende slentertocht over de Tacul komen we terug bij onze tent.

De rest van de dag rusten we uit, eten we onze pastavoorraad op en wachten we op de volgende moment dat we kunnen eten. Wat doe je anders op een gletsjer waar je niets hebt? De zon schijnt heel de dag goed door maar als we ‘s avonds het weerbericht krijgen blijkt dat we door een kans op namiddagonweders geen grote route meer kunnen klimmen. De volgende dag kruipen we in een 250 lange meter rotsroute op de zuidwand van Pointe lachenal en in de vroege namiddag nemen we de lift terug naar beneden…

Wachten op het volgende “window”.

Sam

Beschrijving van de Kuffnergraat