Mix
>
Artikels 
Jérôme De Boeck

Jérôme De Boeck

Zwalpen tussen de absolute top en blessureleed

30 juni 2010, 

Jérôme De Boeck is een naam die bij velen een belletje doet rinkelen. De laatste jaren was hij het immers die de sterkste Belgische sportklimprestaties op zijn naam wist te schrijven. Sinds even zijn er meer en meer Belgische klimmers die de achterstand beginnen in te halen. Voorlopig verhindert de revalidatie van een ernstige polsblessure Jérôme om zijn koppositie te verdedigen maar zijn geschiedenis als klimmer, een geschiedenis met hoge toppen en diepe dalen, doet het beste verhopen. Een overzicht van zijn klimmerscarrière tot nu toe en enkele afsluitende vragen die terugblikken op wat hij leerde doorheen die carrière. 

Jérôme doet zijn eerste passen op de klimmuur op zijn 9 jaar tijdens een multisportstage squash/muurklimmen, heeft onmiddellijk de smaak te pakken en start met wekelijkse lessen onder leiding van Guy Carbonelle in New Rock, Brussel. Na naar Ath verhuisd te zijn gaat hij wekelijks klimmen in Altitude CCM te Braine l?Alleud. Vele kilometers fietsen leggen die jaren de basis voor een goede fysieke basisconditie. In 2002, op zijn 16, keert de familie terug naar Brussel en al snel volgt er een abonnement in Stone Age. Tegen dan klimt Jérôme 7a en nu pas gaat het er serieus aan toe gaan : 5 sessies per week.

In 2003 eindigt hij derde op het Belgisch Kampioenschap en komt hij in team Stone Age en de nationale ploeg terecht met Flo (Florian) Castagne, Lara De Backer, Mathilde Brumagne,? De trainingen met Christophe Depotter leveren al snel resultaten op : die zomer topt hij zijn eerste 8a?s en 8a+?en in de Gorges du Loup in Frankrijk, waar zijn grootouders wonen.

In 2004 volgt in februari, op de dag van zijn verjaardag La Rose et le Vampire, 8b te Buoux, en prijkt, iets later dat jaar, voor een eerste maal de titel Belgisch Kampioen (Junior) op zijn palmares. 2004 is echter ook het jaar van de de eerste grote blessure. Van september tot januari kan er niet echt doorgeklommen worden door een slecht verzorgde ringbandblessure aan de linkerhand... Eerste frustraties in een lange reeks opeenvolgende blessures... Daarbij komt ook nog dat Jérôme dit jaar start met zijn studies wiskunde aan de ULB.

Toch zet de progressie zich verder in 2005 met een eerste 8a à vue, Du glucose pour le moineau, en een beste internationaal resultaat op de European Youth Series: 2e in Penne. Ook dit jaar wordt echter versnipperd door verschillende blessures en een ongeval... Een te kort touw bij het afdalen uit een route met een val van 5 meter plat op de rug tot gevolg... Gelukkig moet Jé slechts één maand rusten en moet er enkel een kleine wonde aan de elleboog genaaid worden.

2006 en opnieuw in vorm: Jérôme topt On se pête la ruche, een 8b+ in Omblèze. Toffe anekdote, Hube kwam die dag langs om foto?s te maken en zag zich genoodzaakt in sneltempo naar boven te ?jumaren? terwijl hij de setjes van zijn vast touw uitpikte met Jérôme, die onverwachts de crux passeerde, op de hielen. Aan de relais kruipt Jé tussen Hube?s benen door en pikt in. 2006 is ook het jaar waarin Jérôme begint routes te openen in Stone Age. Iets wat hem naar eigen zeggen zeer veel heeft bijgebracht. En het minpunt van het jaar? Een blessure aan de intercarpale ligamenten. Drie maanden zonder klimmen en dat enkel en alleen maar omdat het touw zich bij het opblokken rond zijn hand had gedraaid en de vingerbeentjes als een citroen probeerde uit te persen...

In 2007 gaat Jérôme routes openen op wedstrijden. Hij volgt de opleiding tot internationaal routebouwer gegeven door Jacky Godoffe (dank aan de CAB voor de steun). In de Paasvakantie trekt Jérôme naar de Tarn met Flo. Ze trekken er ook op met het Belgisch jeugdteam waar ze ondertussen te oud voor zijn. Chris, coach van de stage, motiveert Jé om, na enkele niet al te overtuigende pogingen, toch verder te proberen in, Adieu Wolfgang, een 8c die locals hem hadden aangeraden. Dankzij Chris werd het zijn eerste!

In 2008 besluit Jé zijn studies te spreiden over meerdere jaren om zo meer tijd in de passie te kunnen steken. Na vele trainingsweken voornamelijk op zijn eentje eindigt hij 2e op het Belgisch Kampioenschap, na de onvermijdelijke Nicolas Favresse. Dat jaar is Gabor Szekely op doortocht in België en vormen ze samen een vast klimduo. Het is de Hongaar die Jé in tot dan toe nog ondenkbare niveaus pusht. Het is een ontzettend nuttige luxe met sterkere mensen aan de rotsen te zitten. Motivatieboost gegarandeerd en een schijnbare afwezigheid van mentale barrières.
Begin juni blesseert Jé zich, ten gevolge van domme dingen aan het campusbord, spijtig genoeg weer aan een ringbandje. In juli trekt hij toch naar de Gorges du Loup waar hij opnieuw begint te klimmen na 6 weken pauze. Gabor is in de buurt en ze werken veel samen in de verschillende routes. Maximale motivatie en Jérôme topt Ultimate Sacrifice, een 8c+ die Gabor enkele dagen eerder wist af te werken.
Hierna vertrekken ze voor twee maand, oktober en november, naar Santa Linya waar Jérôme drie 8c+?en, alle eerder van de categorie « faciles », topt. In de kwotatiediscussie wil Jé zich echter niet te veel mengen... Vervolgens in Zwitserland lopen ze Dave Graham tegen het lijf. Het was een zeer interessante ervaring om deze grootheid in het klimmen te ontmoeten. Zo topt Dave, voor hun neus, een 8C boulder. Van een andere planeet?

In 2009 keert Jérôme in februari terug naar Santa Linya met Siebe Vanhee om er enkele onafgewerkte projecten aan te vallen. Na een goede week werken in de routes staan La Fabela en Ingravid Serps Extension, beide 8c+, op zijn palmares. Wederom een mooi verjaardagscadeau! Op wedstrijdvlak wint hij het Belgisch Kampioenschap maar wordt hij weer voor de zomer door blessures tot een halt geroepen: 6 weken rust. En in november, tijdens een trip met Flo Castagne scheurt hij zich een ligament in de pols. De ogen van zijn dokter vielen bijna uit de oogkas bij het zien van de unieke blessure. Operatie op 23 december, en bouten in de pols voor 6 weken, gevolgd door een intensieve revalidatie.

In maart 2010, doet Jérôme terug een eerste klimsessie, enkele viertjes. Het deed deugd om terug op de muur te hangen... In april stonden de eerste 6a?s op het programma en zo hoopt Jérôme via een doordachte opbouw voor eens en altijd de blessures te vermijden. Zoals hij het zelf zegt : We gaan proberen voorzichtiger te zijn, zoals zo velen me reeds aangeraden hebben :-)

 

Belclimb : Begin mei zit Jérôme weer in 7c?s. Goed nieuws dat hem zin geeft even terug te blikken op zijn blessures?

Jérôme : Ik volgde gedurende 2 maanden kine om de mobiliteit van het polsgewricht te herstellen. Na 6 weken bouten in de pols had ik nog slechts 5° bewegingsamplitude in plaats van de normale 180°! Momenteel ontbreekt me nog enige mobiliteit maar ik ben voldoende hersteld om weer echt te kunnen klimmen. Misschien komt de volledige bewegingsvrijheid wel nooit meer terug...
Momenteel is het ligament dat ik scheurde zeer stevig maar alles errond is verzwakt door het lange tijd stilliggen. Daarbij is het steeds moeilijk in te schatten wat nu echt goed of slecht is. De dokters en kinesisten kennen onze sport maar al te vaak onvoldoende en kunnen ons dan ook niet echt adviseren qua toegestane bewegingen en belastingen. Het enige wat je kan doen bij het merendeel van de klimblessures is ijs gebruiken, stretchen en vooral doorheen de opbouw en ook nog erna echt goed naar je lichaam luisteren en dan zou alles beter moeten gaan. Je moet maar eens denken aan de consequenties die volgen indien je het forceert!

Blessuretijd is tijd om veel te overdenken. We horen maar al te vaak praten over de federaties en dit vaak eerder zeer kritisch dan lovend. Welke mening heb jij over de federaties?

Jérôme : Ik denk dat de federaties doen wat ze kunnen. Toch zou ik graag wat zaken zien veranderen. In de mate van het mogelijke zouden de federaties en klimzalen beter samen moeten werken, eerder dan als twee volledig verschillende structuren. In Frankrijk beschikt de federatie over een netwerk van klimzalen. Dit laat hen toe de evenementen eenvoudiger georganiseerd te krijgen en zo kom je als federatie nooit in de situatie dat je de wedstrijden niet georganiseerd krijgt door het ontbreken van de nodige infrastructuur.
De problemen met organisatie en routebouw voor wedstrijden zouden ook vermeden kunnen worden door er een voltijdse werkkracht uitsluitend op de organisatie van evenementen in te zetten. Wat natuurlijk een kwestie van geld is?.

En wat met afkwoteren ? Waarom spreek jij daar liever niet over?

Jérôme : Ik ben niet zo zeer tegen de discussies rond het afkwoteren. Wel ben ik verbaasd over de hardnekkigheid waarmee sommigen willen weten of een route of boulder nu de ene of de andere kwotatie heeft. Nemen we nu even aan de dat Franse kwotatie de referentie is. Deze schaal dient om routes van 10 meter, 20 meter, 40 meter,... in dal, verticaal, lichte overhang en dak? op kalkrots, zandsteenrots, graniet,?met als grepen gaatjes, colonnettes, regletten, bakken,? te kwoteren. Kortom, men tracht met één schaal een moeilijkheid weer te geven die van we weten niet hoeveel parameters afhankelijk is. Zo kan je wel heel lang discussiëren. Daarbij komen dan ook nog eens de vergelijkingstabellen tussen de Franse kwotaties, de UIAA, Amerikaanse kwotaties, etc... die alles nog eens wat komen bemoeilijken. Het gaat dan ook om zinloze discussies. Ik wil me dan ook niet te veel mengen in discussies die langer dan twee minuten over dit onderwerp gaan.

Je hebt recent een stage routebouwer in Iran begeleid. Was dit een cultuurschok?

Jérôme : Het was vooral een zeer interessante ervaring. De opleiding ging door in Téhéran waar we enkel zeer vriendelijke, respectvolle mensen tegen kwamen. Wim (Verhoeven) startte met de opleiding voor de scheidsrechters op de eerste dag, de opleiding voor routebouwer startte de volgende dag. Essi, een Iranese klimmer profiteerde van de gewonnen dag om me de bergachtige streek ten noorden van Teheran te laten ontdekken. Op minder dan twee uur rijden bevonden we ons in een immens landschap, volledig verloren tussen de enorme woestijnachtige valleien. Hij toonde me enkele klimmassieven en er zijn niet weinig routes geëquipeerd. Nog niet al te veel in de hogere niveau?s maar er is een enorm potentieel in een schitterende omgeving (als je van zanderige landschappen houdt!).
De volgende dag gaf ik les aan een tiental routeopeners die varieerden van niveau tussen de 7b en de 8b. Het doel van de opleiding in drie dagen was om hen voor te bereiden op de internationale opleinding routebouw boulder en lead. Ik geloof dat er verschillenden onder hen reeds het nodige niveau hebben om te slagen in de cursussen georganiseerd door de IFSC. Iran voorziet alvast de Aziatische Jeugdkampioenschappen 2010 te organiseren in oktober.

Dat Jérôme een turbulente geschiedenis achter zich heeft mag wel duidelijk zijn. Enkele weken na dit interview kwam weer een kleine blessure opspelen. We duimen ervoor dat hij ook van deze blessure volledig revalideert en wensen hem veel moed en geduld in de opbouw naar het topniveau waar hij thuishoort.

Tijl

 


Je moet ingelogd zijn om een commentaar toe te voegen

Registreren


1/07/2010
mooi artikel

8/07/2010
Faut croire qu'il faut aussi de la chance pour grimper dans le très haut niveau. Chris Sharma n'a jamais eu de blessures. Ni Adam Ondra... A moins qu'ils aient une recette miracle. Auquel cas faudrait s'en inspirer.


artikelarchief 

Foto's 

Nieuws 
Wat onthouden we van het Belgisch Kampioenschap Boulderen 2015?

Competitie Wat onthouden we van het Belgisch Kampioenschap Boulderen 2015?

Op het voorbije Belgisch Kampioenschap Boulderen kroonden Simon Lorenzi en Chloé Caulier zich tot winnaar bij de senioren. De twee klimmers bevestigden hun suprematie ten opzichte van de concurrentie met sprekend gemak.


Is er een alternatief voor de Leuvense klimmers na de sluiting van Hungaria?

Indoorklimmen Is er een alternatief voor de Leuvense klimmers na de sluiting van Hungaria?

Op 30 december 2015 sloot Leuven een tijdperk af. Klimzaal Hungaria deed er dan na 25 jaar definitief de deuren dicht. Met de sluiting komt er een einde aan een mooi hoofdstuk van de Belgische klimgeschiedenis. Is er een alternatief voor de Leuvense klimm